TKP online, jaargang 2021, nummer 3: juli-september

Zo ouder, zo kind? Het effect van psychopathologie bij de ouder op de ontwikkeling van depressieve symptomen bij de jongere: de onderliggende rol van emotieregulatie.

Hanne Depauw, Marie-Lotte Van Beveren, Jolien Braet, Annelies Van Royen, Caroline Braet

SAMENVATTING

In deze crosssectionele studie onderzochten we of er een verband bestaat tussen depressieve klachten en algemene psychopathologie bij een ouder en depressieve klachten bij een jongere, en of dit verband (deels) verklaard kan worden door de emotieregulatie (ER)-strategieën bij de jongere. Uit de analyses blijkt dat depressieve klachten bij de jongeren positief samenhangen met algemene psychopathologie bij de ouders, zowel wanneer we de klachten van de jongeren meten via zelfrapportage als ouderrapportage. We konden dit positieve verband repliceren met specifieke depressieklachten van de ouder en oudergerapporteerde depressieve klachten van de jongere. Daarnaast vonden we bij jongeren een positief verband tussen maladaptieve ER en depressieve klachten. Bij adaptieve ER kwam enkel een negatief verband naar voren bij zelfgerapporteerde depressieve klachten. Er werd geen verband gevonden tussen psychopathologie bij de ouders en de ER-strategieën bij de jongere. Het huidige onderzoek wijst uit dat depressieve symptomen vaak transgenerationeel zijn. Aangezien depressieve klachten bij een jongere een mogelijke voorloper zijn van een latere, meer ernstige vorm van depressie, pleit dit voor vroegtijdige (secundaire) preventie en alertheid van hulpverleners wanneer een ouder zich aanmeldt met psychopathologie. Daarnaast lijkt ook het aanleren van adaptieve ER-strategieën een belangrijke interventie bij de aanpak van depressieve klachten bij jongeren.

Trefwoorden: psychopathologie, depressieve symptomen, emotieregulatie, adaptieve en maladaptieve emotieregulatie, jongeren

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 51(3), 224-244

Het volledige artikel leest u hier

'Sensomotoriek' in de pleegzorg: een sensomotorische groepstraining voor pleegkinderen met traumatische ervaringen.

Lisa Van Hove, Sarah Keyaert, Marjan Klingels, Lenny Trogh, Delphine West, Frank Van Holen

Het aantal pleegzorgplaatsingen in Vlaanderen is de voorbije twintig jaar bijna verdubbeld van 4.345 in 1999 tot 8.897 in 2019 (Pleegzorg Vlaanderen, 2017, 2020). In 2019 gaat het in 63% van de pleegzorgplaatsingen om kinderen jonger dan 12 jaar (Pleegzorg Vlaanderen, 2020). De voornaamste aanmeldingsredenen zijn verwaarlozing, emotioneel misbruik, fysieke mishandeling en seksueel misbruik (Oswald, Heil, & Goldbeck, 2010). Ieder pleegkind maakte een of meerdere traumatische gebeurtenissen mee voorafgaand aan de pleegzorgplaatsing (Pynoos, Fairbank, & James-Brown, 2011). Een mogelijk gevolg hiervan is de ontwikkeling van emotionele en gedragsmoeilijkheden (Steenbakkers, Van der Steen, & Grietens, 2019), die belangrijke voorspellers zijn van een breakdown: het vroegtijdig, ongepland afbreken van pleegzorgsituaties omwille van negatieve redenen. In een onderzoeksperiode van zes jaar eindigde 29% van de pleegzorgplaatsingen in Vlaanderen met een breakdown (Vanderfaeillie, Van Holen, Carlier, & Franssen, 2018). In 71% waren gedragsproblemen (een van) de reden(en). Interventies gericht op het verminderen van traumatische stressreacties zijn dan ook aangewezen.

In dit artikel wordt een groepstraining voor jonge getraumatiseerde pleegkinderen (tussen 4 en 12 jaar) en hun pleegouders beschreven. Kinderen en ouders krijgen technieken aangereikt die hen leren omgaan met emotionele en zintuiglijke reacties die gerelateerd zijn aan het traumatische verleden van de kinderen.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 51(3), 199-112

Het volledige artikel leest u hier

Laten we samen de verhalen vertellen: over de lange wachtlijsten en het gebrek aan personeel in de jeugdhulpverlening.

Julie Van Boxstael

Een tijdje geleden klom ik op een late donderdagavond in mijn pen. Ik was het beu om machteloos toe te kijken en mee te draaien in een hulpverleningssysteem waar nog steeds te veel kinderen en jongeren moeten wachten op hulp. Het was een zware week geweest op het werk, met heel wat situaties die voor velen van ons bekend zijn. Het zijn situaties die zo onwerkelijk zijn dat het moeilijk is om ze aan leken uit te leggen. De situatie die mij een laatste zetje gaf, beschrijf ik in wat volgt...

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 51(3), 213-119

Het volledige artikel leest u hier

De effecten van een antistigmacampagne op mensen met een hoge en lage need for cognitive closure.           

Bart Vyncke, Baldwin Van Gorp

SAMENVATTING VAN HET ARTIKEL:

Vyncke, B., & Van Gorp, B. (2020). Using counterframing strategies to enhance anti-stigma campaigns related to mental illness. Social Science & Medicine, 258. https://doi.org/10.1016/j.socscimed.2020.113090 Reproduced with permission from Elsevier (210318-019187), license date March 20, 2021

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 51(3), 221-223

Het volledige artikel leest u hier