Het chronischevermoeidheidssyndroom: recente ontwikkelingen in theorie en behandeling

Stefan Kempke, Liesbet Vanhoof, Eline Coppens, Philippe Persoons

SAMENVATTING
Het chronischevermoeidheidssyndroom (CVS) maakt deel uit van een ruimere groep van functioneel somatische syndromen en wordt gekenmerkt door aanhoudende vermoeidheid die niet verklaard kan worden door een medische of psychiatrische aandoening.
Hoewel er nog veel onduidelijkheid bestaat, wijst onderzoek in de richting van een stressgebonden aandoening: het lichaam is niet meer in staat om op een adequate wijze met stress/belasting om te gaan. Neurobiologisch onderzoek suggereert dat het centrale stresssysteem bij CVS na een langdurende periode van chronische stress/overbelasting uit balans is geraakt. Persoonlijkheidsfactoren en vroege negatieve levenservaringen lijken hierbij een centrale rol te spelen. Na een korte inleiding waarin het concept CVS wordt toegelicht, volgt een uitvoerige bespreking van het biopsychosociale stressmodel van CVS. Vervolgens presenteren we een overzicht van het onderzoek naar de rol van perfectionisme en vroege negatieve levenservaringen bij CVS. Tenslotte staan we stil bij mogelijke behandelstrategieën voor patiënten met CVS.
 
Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2016, 46(2), 109-120

Hier leest u het volledige artikel

Het spiegelteken: een ernstig symptoom? Nou, nee...

Douwe Van der Heide, Harald Merckelbach

SAMENVATTING
Jezelf niet in een spiegel herkennen – het spiegelteken – wordt beschouwd als de voorbode van een psychotische ontregeling. Althans door de psychiater Lacan en zijn geestverwanten. Veel Angelsaksisch georiënteerde auteurs beschouwen het als een dissociatief kernsymptoom. In dit artikel nemen we beide interpretaties onder de loep aan de hand van eigen empirisch materiaal. Dat laat zien dat te veel respondenten (studenten) het spiegelteken rapporteren om er de aankondiging van een psychose in
te zien. Een behoorlijk aantal studenten meldde trouwens ook een ervaring die het tegendeel
lijkt van het spiegelteken: je eigen spiegelbeeld voortdurend zien. Duidt dat op
slordigheid bij respondenten? Het belang van die vraag wordt onderstreept door onze
bevinding dat zelfrapportage van het spiegelteken samenhangt met de neiging om
symptomen te overdrijven. Buiten de groep van psychotische patiënten moet daar – bij
overrapporteren – mogelijk de betekenis van het spiegelteken worden gezocht.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2016, 49(2), 121-130

Hier leest u het volledige artikel

Preventie in de geestelijke gezondheidszorg: geen vrijblijvende keuze

Bie Melis, Peter Goris, Dieter Burssens, Nicole Vettenburg

Het belang van een goede geestelijke gezondheidszorg (GGZ) wordt binnen het gezondheidsdiscours
steeds duidelijker. Geconfronteerd met een grote groep hulpzoekenden en
aangroeiende wachtlijsten, zet de GGZ massaal in op behandeling. Dan nog kan niet vermeden
worden dat een toenemende groep onvoldoende aan bod komt. Bovendien waait er
een nieuwe wind door het zorglandschap: de vermaatschappelijking van de zorg. Zorgaanbieders
moeten steeds meer rekening houden met maatschappelijke factoren die psychische
problemen versterken of verzachten. De stijgende zorgvraag en de verwachting rekening te
houden met maatschappelijke invloeden bij die zorg, stellen de sector voor een nieuwe uitdaging.
Er is nood aan een beleid dat meer doet dan de behandeling op punt stellen. Aandacht
voor preventie dringt zich op.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2016, 46(2), 84-90 

Hier leest u het volledige artikel

Omgaan met dood in de literatuur Giovanni TimmermansOmgaan met dood in de literatuur

Giovanni Timmermans

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2016, 46(2), 92-98

Hier leest u het volledige artikel

 

Toekomstmuziek voor zorg en zorgberoepen

Bob Cools

Wellicht is het geen toeval dat in 2015 zowel in Nederland als in Vlaanderen een advies werd
gepubliceerd over de evoluerende zorgsector en de implicaties daarvan voor de organisatie
van de opleidingen en de arbeidsmarkt voor zorgberoepen. Beide basisadviezen bieden
‘contouren’ (in Nederland) of een ‘oriënterend kader’ (in Vlaanderen) en nodigen uit tot een
maatschappelijk debat. In dit artikel presenteren we eerst een samenvatting van de twee adviezen,
vervolgens vergelijken en bediscussiëren we het ontstaan en de kernideeën van beide
adviezen, die elk een nieuw maar soortgelijk zorgparadigma introduceren.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2016, 46(2), 99-107 

Hier leest u het volledige artikel