Psychologie als moreel bedrijf, psychotherapie als disciplinering? 

Paul Verhaeghe

Samenvatting:

Het doel van een psychotherapie wordt bepaald door de achterliggende mensvisie.
De dominante opvatting is een hedendaagse versie van ‘l’homme-machine’ (De la
Mettrie), waarbij stoornissen deelaspecten van het individu betreffen, zonder rekening
te houden met de impact van de omgeving. De DSM-diagnostiek illustreert dat
mensbeeld ten overvloede. Binnen een neoliberale maatschappij hoort de mens een
efficiënte productiemachine te zijn, en is het doel van de psychotherapie het bijdragen
tot of herstellen van die productiecapaciteit. Als deze trend verder doorgang vindt,
wordt psychotherapie synoniem van disciplinering.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 233-240

Lees hier het volledige artikel

De prijs voor maatschappelijke erkenning 

Bob Cools

Samenvatting:

Vervullen psychologen alleen de maatschappelijke behoefte aan disciplinering? Zijn
we onvermijdelijk dienaars van de macht? Hoewel het psychologisch gedachtegoed
positief wordt onthaald door de bevolking, staan velen sceptisch tegenover zijn
wetenschappelijke status. Het imago van de psychologen is problematisch en dat
hebben we deels aan onszelf te wijten. Het uitblijven van een wettelijke erkenning als
gezondheidszorgberoep is hiervan het gevolg. Toch zijn er kansen om onze maatschappelijke
verantwoordelijkheid op te nemen. Bereidheid tot verantwoording en dialoog
met cliënten en de overheid vormen de prijs voor onze maatschappelijke erkenning.
Ontvoogding van de geneeskunde in onderzoek en praktijk is noodzakelijk. Psychologen
hebben de maatschappelijke opdracht om het bewustzijn van en het respect voor het
menselijk tekort levendig te houden. Daarmee kunnen we de dreiging van de verstikkende
disciplinering overstijgen.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 241-252

Lees hier het volledige artikel

De liaisonpsycholoog in de 21ste eeuw 

Ronny Bruffaerts

Samenvatting:

De veranderingen in de structuur en organisatie van de geestelijke gezondheidszorg
maken dat de focus van zorgverlening gradueel opschuift, onder meer naar de maatschappij
en naar personen die somatisch ziek zijn. Deze verschuivingen hebben een
aantal uitdagende implicaties voor de liaisonpsycholoog, niet enkel op het niveau van
de klinische praxis, maar ook op het niveau van de organisatie en het beleid omtrent
de liaisonpsychologie. Specifieke uitdagingen liggen onder andere in de sterke ontwikkeling
van specifieke diagnostische en behandelingscompetenties die afgestemd zijn
op en bestemd zijn voor de in principe somatisch zieke patiënt die vanwege zijn somatische
pathologie binnen de zorg is terechtgekomen. Andere uitdagingen liggen in de
ontwikkeling van duurzame samenwerkingen met zowel de psychiatrische dienst als
de somatische eenheden. Op het niveau van de organisatie en de beleidsvoering stelt
de vraag zich naar hoe de liaisonpsychologie zich (financieel) dient te organiseren,
bijvoorbeeld ten aanzien van de psychiatrische dienst en de somatische afdelingen.
Niet enkel de geestelijke maar de gehele gezondheidszorg zal zich op een andere wijze
moeten structureren en organiseren in de 21ste eeuw. Het is evident dat de klinisch
psycholoog in globo en de liaisonpsycholoog in concreto niet kunnen voorbijgaan aan
de vraag hoe hij het best kan participeren in een ‘nieuwe gezondheidszorg’. 

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 253-263

Lees hier het volledige artikel

Diagnostiek, meten en therapie: drie handen op één buik?! 

Eva Dierckx, An Haekens

Samenvatting:

We willen in de Psychiatrische Kliniek Broeders Alexianen Tienen (behorend tot de
overkoepelende organisatie Broeders van Liefde) tegemoetkomen aan de groter wordende
vraag om te ‘meten’ in de geestelijke gezondheidszorg. Binnen dat landschap
duikt immers, in navolging van de zogenaamde Routine Outcome Measurements/Monitoring
onder andere in Nederland, de term ‘uitkomstenmanagement’ steeds meer op,
oftewel het in kaart brengen van de effectiviteit van behandelingen; dit tezamen met
de zogenaamde ‘evidence-based practice’. De focus, ook binnen residentiële settings,
komt met andere woorden meer en meer te liggen op (psycho)diagnostiek, evidencebased
werken, wetenschappelijk onderzoek, meten van uitkomsten van behandeling, ...
Het meten kan echter veel meer inhouden dan enkel weten. We willen in onze organisatie
meten immers zodanig in het hulpverleningsproces verankeren dat het niet enkel
gaat om het vergaren van cijfers, maar dat het meten ook voeding geeft aan goede
klinische praktijk. We zullen ‘meten’ zo faciliteren en inbedden in het therapieproces
dat diagnostiek, therapie en (follow-up)metingen drie handen op één buik worden, met
als grote prioriteit komen tot kwalitatief hoogstaande zorg op maat voor elke patiënt.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 264-277

Lees hier het volledige artikel

Werken met ouderen: een toekomst voor de jeugd

Luc Van de Ven

Samenvatting:

Steeds meer psychologen werken de laatste jaren, mede onder druk van de demografische
realiteit, met ouderen. In deze bijdrage wil ik de belangrijkste taken voor
deze klinisch ouderenpsychologen toelichten en de diverse toekomstige uitdagingen
in kaart brengen. Een belangrijk werkdomein is de psychodiagnostiek, met naast het
klinisch neuropsychologisch onderzoek, dat uiteraard een prominente plaats inneemt,
de diagnostiek van stemming en persoonlijkheid en de familiale diagnostiek.
Voor de psychotherapie worden enkele aandachtspunten in de verf gezet. Daarnaast
wordt kort aangehaald dat de psycholoog in sommige settings ook een coachende en
ondersteunende rol heeft voor collega-hulpverleners. Een van de zaken die worden
benadrukt, is de stelling dat de klinische ouderenpsychologie een vak apart is, met
specifieke uitdagingen en noodzakelijke competenties. De verschillende opleidingscentra
worden opgeroepen om in hun curriculum deze competenties meer aan bod te
laten komen.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 278-286 

Lees hier het volledige artikel

Crisispsychologie en psychotraumatologie in Vlaanderen: een uitdaging voor psychologen 

Erik De Soir

Samenvatting:

Dit artikel schetst een beeld van de vele uitdagingen die de crisispsychologie en de
psychotraumatologie voor psychiaters, psychologen en psychotherapeuten inhouden
op basis van de historische achtergrond en de ontwikkelingsgang van dit vrij jonge
vakgebied. In een eerste deel wordt stilgestaan bij de achtergrond waartegen de
traumapsychologie of de psychotraumatologie op amper twee decennia uitgroeide tot
een van de meest bestudeerde vakgebieden binnen de psychologie en de psychiatrie.
Een tweede deel bespreekt de context waarbinnen diensten en instellingen in België
werden uitgebouwd in de nasleep van enkele grootschalige collectieve urgenties of
in functie van de evoluerende maatschappelijke context. In het derde en laatste deel
worden de uitdagingen voor de toekomst, de kansen en de bedreigingen van de psychotraumatologie
in Vlaanderen besproken.

Referentie: Tijdschrift Klinische Psychologie, 2013, 43(4), 278-286 

Lees hier het volledige artikel