In Knack verscheen recent een opiniestuk van emeritus hoogleraar klinische psychologie en psychotherapie Nady Van Broeck over het voornemen van de federale overheid om de verplichte gesuperviseerde praktijkstage voor klinisch psychologen af te schaffen.
In haar bijdrage benadrukt Van Broeck dat deze praktijkstage geen formaliteit is, maar een essentiële stap in de voorbereiding van jonge klinisch psychologen op de complexe realiteit van ons vak. Supervisie op de werkvloer door ervaren collega’s garandeert veilige en kwaliteitsvolle zorg, versterkt het zelfvertrouwen van starters én zorgt voor een natuurlijke kennisuitwisseling tussen generaties psychologen.
VVKP deelt deze bezorgdheid volledig. Het afschaffen van de praktijkstage:
- ondermijnt de internationale kwaliteitsstandaard – in alle andere Europese landen met wettelijke erkenning van het beroep is minstens één jaar stage verplicht;
- zet pas afgestudeerden onvoorbereid in het diepe;
- berooft het werkveld van de meerwaarde die de samenwerking tussen stagemeester en starter oplevert.
Het argument dat er momenteel te weinig stagemeesters zijn, mag geen reden zijn om de stage af te schaffen. De sector heeft meermaals haar bereidheid getoond om actief bij te dragen aan de organisatie en uitrol. Wat nodig is, is een beleid dat dit mogelijk maakt.