Het nut van frames en counterframes in de strijd tegen stigmatisering

Bart Vyncke, Baldwin Van Gorp

| Tijdschrift Klinische Psychologie, 2018, 48(3), 193-199 |

Nieuws, verspreid via kranten, internetbronnen, radio of televisie, vormt een belangrijke informatiebron over psychische aandoeningen, net als fictieboeken, films en andere entertainmentmedia (Sieff, 2003). Dit gegeven vormde de aanleiding voor een onderzoek naar de beeldvorming over psychische aandoeningen in de Belgische media, en naar alternatieve voorstellingswijzen die zouden kunnen zorgen voor een minder problematiserende blik. Het eindrapport van dat onderzoek (Van Gorp et al., 2017) maakt gewag van twaalf frames: gekristalliseerde denkkaders die telkens een logisch samenhangende definitie geven van psychische aandoeningen. Vijf van deze denkkaders zijn problematiserend van aard (en worden aangeduid als ‘frames’). De zeven resterende denkkaders zijn deproblematiserend (‘counterframes’). In een vorige editie van het Tijdschrift Klinische Psychologie, besprak Catthoor (2018) deze framinganalyse uitvoerig. In haar betoog keurde Catthoor onder meer het gebruik van de problematiserende frames uit het onderzoek af, en stelde ze zich vragen bij de effecten van framing. In deze repliek gaan twee van de auteurs van het framingrapport dieper in op deze stellingen.