In België ontwikkelt 3,5% van de volwassenen een eetstoornis, met een hogere levensloopprevalentie bij vrouwen (5,2%) (Preti et al., 2009). Uit de meest recente nationale gezondheidsenquête van Sciensano in 2018 blijkt dat 7,2% van de bevolking van 15 jaar en ouder signalen rapporteert van een eetstoornis (8,6% bij vrouwen en 5,7% bij mannen). De jongste leeftijdsgroep, tussen 15 en 24 jaar, rapporteert het vaakst signalen (13,7%). Deze cijfers liggen in dezelfde lijn als in 2013. (Gisle et al., 2020).
Lichaamsontevredenheid in Vlaanderen is hoog, bij volwassenen en jongeren. De nationale voedselconsumptiepeiling van Sciensano in 2014 peilde naar de houding ten opzichte van het eigen gewicht bij de bevolking tussen 10 en 64 jaar, en vond dat slechts 22.6% van de Vlaamse deelnemers zich géén zorgen maakte om zijn gewicht; 26.3% wilde afvallen en 47.5% wilde zijn gewicht stabiel houden. Onrustwekkend is dat 26.1% ongezonde methoden aanduidde om dit doel te bereiken, zoals maaltijden overslaan, 24 uur of langer vasten, roken, laxeermiddelen gebruiken of braken (Ost et al., 2015). Uit de internationale HBSC-studie (Health Behavior in School-Aged Children, 2018) blijkt dat in Vlaanderen gemiddeld genomen 43.3% van de meisjes tussen 11 en 18 jaar zichzelf te dik vindt, en 24.4% van de jongens, wat ruim meer is dan het aantal jongeren dat daadwerkelijk kampt met overgewicht (ongeveer 14% in deze leeftijdscategorie). Daarnaast voelt 20.1% van de jongens zich te mager. Jongens ervaren meer druk om een gespierd lichaam te hebben, waardoor lichaamsontevredenheid zich op verschillende manieren kan uiten. De studie toont verder dat 51.6% van de meisjes tussen 11 en 18 jaar, en 30.2% van de jongens, gedrag stellen om gewicht te verliezen óf van zichzelf vinden een dieet te moeten volgen.