Verslaving: van instrumenteel naar impulsief en automatisch gedrag

Paul Van Deun

| Tijdschrift Klinische Psychologie, 2017, 47(4), 36-42 |

In alle echelons van de geestelijke gezondheidszorg wordt men geconfronteerd met stoornissen door het gebruik van middelen. De verslavingszorg zelf probeert zich te vernieuwen met behulp van de neurowetenschappen. Van doorbraken is echter nog geen sprake: er zijn geen nieuwe medicamenten en ingrepen in het brein zelf zijn (nog) geen alledaagse praktijk. Maar dat complexe onderzoek levert wel nieuwe inzichten over verslaving die vertaald kunnen worden naar de praktijk. Verschillende deelaspecten worden daarbij verklaard: impulsief gedrag, gebrekkige responsonderdrukking, craving en terugval na abstinentie. Deze bijdrage wil een brug slaan tussen de bevindingen uit recent neurobiologisch onderzoek en de klinische praktijk bij de behandeling van alcohol-, drugs- of tabaksverslaving. Zowel experimenteel dieronderzoek als het beeldvormend hersenonderzoek bij mensen zou kunnen leiden tot een paradigmaverschuiving in het begrijpen van de verslavingsziekte. Overmatig of onaangepast gebruik van middelen interpreteren hulpverleners vooral als functioneel of instrumenteel. De neurobiologie toont echter aan dat er automatische processen op gang worden gebracht. De geconditioneerde responsen zijn moeilijk te onderdrukken. Deze vaststelling komt overeen met een van de centrale bevindingen van patiënten: de onmacht om zich tegen de aantrekkingskracht van het middel te verzetten.

Nuttige documentatie